Politieonderwijs en onderzoek

De Politieonderwijsraad is een wettelijk adviesorgaan van de minister van Justitie en Veiligheid. De Raad adviseert de minister, zowel gevraagd als ongevraagd, over het Nederlandse politieonderwijs. De Politieonderwijsraad maakt daarbij gebruik van de inbreng van de Politieacademie, de Politie en stakeholders uit het onderwijs. De Politieonderwijsraad is tevens een overleg- en afstemmingsorgaan tussen betrokkenen bij het politieonderwijs.

Politieonderwijsraad

De raad staat onder voorzitterschap van mw. prof. dr. Edith Hooge en is breed samengesteld met belanghebbenden uit het korps Nationale Politie, de Politieacademie, de politievakbonden, het Openbaar Ministerie, het openbaar bestuur, het middel- en hoger beroepsonderwijs en de universiteiten.

Als representant van het openbaar bestuur is burgemeester J. Wienen vanuit de regioburgemeesters door de minister van Justitie en Veiligheid benoemd als lid van de Politieonderwijsraad.

De Politieonderwijsraad kan besluiten tot het instellen van vaste en tijdelijke commissies en voor de werkwijze daarvan richtlijnen geven. De commissies fungeren als 'voorportaal' voor de raad. Een commissie diept  onderwerpen uit en voedt de conceptadviezen die in de raad worden behandeld. De raad heeft drie vaste commissies ingesteld, te weten: de commissie Kennis en Onderzoek, de commissie Kwalificatiestructuur Politieonderwijs en de commissie Onderwijs.

Commissie Kennis en Onderzoek

De Commissie Kennis en Onderzoek kent twee taken. Zij voert als taak de administratieve uitvoering, aanbesteding en begeleiding van onderzoek door derden uit.

Een andere belangrijke taak van de commissie is om advies uit te brengen aan de Politieonderwijsraad over de Strategische Onderzoeksagenda Nationale Politie. De commissie Kennis en Onderzoek bereidt dit advies voor. De korpschef Nationale Politie is een belangrijke behoeftesteller voor deze onderzoeksagenda. De minister van Justitie en Veiligheid stelt de Strategische Onderzoeksagenda vast.

De commissie Kennis en Onderzoek wordt voorgezeten door de heer Prof. M.J. Cohen. Op voordracht van de regioburgemeesters is voor het openbaar bestuur burgemeester H.J. Meijer lid van deze commissie.

Commissie Kwalificatiestructuur Politieonderwijs

De Politie formuleert de vraag naar opleidingen (zowel kwantitatief als kwalitatief). De Politieacademie ontwikkelt de opleidingen en verzorgt de examinering. De commissie KSP richt zich op de aansluiting van het politieonderwijs op de politiepraktijk. Hiervoor is een kwalificatiestructuur ontwikkeld, die onder meer bestaat uit kwalificatiedossiers. In de kwalificatiedossiers (KD’s) komt vraag en aanbod samen en staat informatie over de kwalificatie-eisen voor diploma’s, deeldiploma’s en certificaten. Het adviseren over deze dossiers én het onderhoud hiervan is de kerntaak van de commissie KSP. De voorzitter van deze commissie is mevrouw prof. dr. E. Hooge.

Commissie Onderwijs

In deze commissie komt een breed scala aan onderwerpen aan de orde, die 'rondom' het politieonderwijs spelen en tot aanpassingen in de kwalificatiedossiers (commissie Kwalificatiestructuur) kunnen leiden. Actuele onderwerpen zijn: het interne stelsel van kwaliteitszorg, de kwalificaties voor wijkagenten, en de (mogelijke) bijdrage van het politieonderwijs aan de doorontwikkeling van politiemensen naar een hoger opleidingsniveau en een 'leven lang leren'. De voorzitter van deze commissie is de heer drs. E.C.M. de Jaeger.

Ontwikkeling nieuw Basispolitieonderwijs

De Politieacademie en de politie zullen de komende jaren invulling en uitvoering geven aan toekomstgericht politieonderwijs onder andere door het realiseren van een nieuwe basispolitieopleiding. De vernieuwing van de opleiding leidt ertoe dat studenten hun opleiding in twee jaar voltooien en sneller als medewerker aangesteld kunnen worden. Dit is mogelijk door een andere organisatie van het onderwijs, het gebruik van digitale leermiddelen en het gebruik van verschillende leerroutes gebaseerd op de achtergrond en voorkennis van de studenten. Tevens zijn studenten tijdens hun opleiding al deels onder begeleiding inzetbaar in de praktijk. Dit heeft een positief effect op de politiecapaciteit. De nieuwe opleiding beoogt ertoe bij te dragen dat de politie in staat is de verhoogde uitstroom bij de politie de komende jaren op te vangen. Samenwerking met het reguliere onderwijs is een belangrijke pijler.

In de eerste negen maanden van de opleiding volgen alle studenten dezelfde modules. Vervolgens vindt een verdieping van 3 maanden plaats op gebiedsgebonden politiezorg of opsporing. In het tweede jaar ligt de nadruk op het leren in de praktijk, de studenten worden onder begeleiding ingezet. Na afronding van de basispolitieopleiding krijgen de studenten een generieke aanstelling. Zij worden ingezet in de basisteams met het accent op gebiedsgebonden politiezorg of op opsporing. Na een pilotfase en evaluatie van de pilot zullen studenten naar verwachting per mei 2021 kunnen starten met de vernieuwde basispolitieopleiding. De minister verzoekt de Politieacademie en de politie een monitoringsinstrument te ontwikkelen om de implementatie en de realisatie van de nieuwe basispolitieopleiding te volgen en vraagt de Inspectie bij haar reguliere onderzoeken naar het politieonderwijs aandacht te besteden aan de vernieuwde basispolitieopleiding zodra er ervaring is opgedaan met de werking in de praktijk.

Tevens heeft de Inspectie van JenV het jaarbeeld politieonderwijs 2019 opgeleverd. Afgesproken is dat de politie, de politieacademie en JenV bij de ontwikkeling van de nieuwe basispolitieopleiding de aanbevelingen van de Inspectie actief zullen oppakken.

Kamerbrief Actuele ontwikkelingen in het politieonderwijs en Jaarbeeld Inspectie (24 juni 2020)

Jaarbeeld Politieonderwijs 2019 (bijlage Kamerbrief 24 juni 2020)

Meer informatie