Transitieplan Landelijke Eenheid
30 november 2022
De minister heeft op 18 november 2022 het transitieplan Landelijke Eenheid (LE) met haar reactie naar de Kamer gezonden. Het plan en het advies van de monitoringscommissie Schneiders zijn daarmee openbaar. De Kamerbrief en bijbehorende stukken vindt u onderaan deze pagina.
De minister stelt dat het belangrijk is dat de transitie van de LE op de korte termijn daadwerkelijk start. Uitstel is onwenselijk. De minister is het eens met het advies van de monitoringscommissie dat de besturing en uitvoering van de transitie voor het einde van 2022 in meer detail moeten worden uitgewerkt en heeft de korpschef verzocht dit spoedig te realiseren. Het moet daarin helder zijn hoe medezeggenschap, vakbonden en medewerkers worden betrokken. De minister schrijft dat de politie ten aanzien van de uitvoering van de transitie externe veranderkundige expertise zal aantrekken.
Evenals de monitoringscommissie hecht de minister eraan dat de ingrepen van de werkcultuur en het leiderschap, alsook de omvorming van de LE naar twee eenheden voorrang krijgen in de transitie, waaronder het aanpakken van acute knelpunten in de span of care (aantal medewerkers per leidinggevende). De minister benadrukt het belang van het spoedig uitvoeren van een transparante schouw van leidinggevenden.
De minister constateert samen met de korpschef dat er voldoende middelen zijn om een stevig en veilig fundament te leggen voor de doorontwikkeling van de twee landelijke eenheden. De minister heeft € 20 miljoen structureel voor transitiemaatregelen beschikbaar gesteld. Zo nodig wordt er, zoals door de korpschef aangegeven, bovenop de beschikbare middelen nog eens extra € 8 miljoen structureel beschikbaar gemaakt door herprioritering binnen de politiebegroting voor de uitvoering van het transitieplan. Daarnaast is er € 20 miljoen structureel vrijgemaakt binnen de ondermijningsgelden. Dit wordt ingezet om het informatie-gestuurd werken binnen de aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit een forse impuls te geven.
De korpschef stelt in het transitieplan dat de beschikbare middelen niet toereikend zijn om alle aanbevelingen van de adviescommissie Schneiders volledig te realiseren. De minister neemt hier kennis van en schrijft dat in de toekomst nadere keuzes gemaakt moeten worden bij de uitwerking van de plannen en het realiseren van ambities.
De minister schrijft er op toe te zien dat de aanbevelingen die de adviescommissie Schneiders heeft gedaan op het vlak van governance gedurende het transitieproces worden opgevolgd, waaronder het versterken van het zicht van het Landelijk Overleg Veiligheid en Politie (LOVP) op beide landelijke eenheden en het inrichten van een strategische overlegtafel voor de eenheid voor landelijke opsporing. De invulling van de functies in de topstructuur van de nieuwe landelijke eenheden zal via een transparante benoemingsprocedure geschieden.
De monitoringscommissie zal de minister op basis van de nadere uitwerking van de besturing en wijze van uitvoering adviseren over de haalbaarheid van de uitvoering van het transitieplan. De minister roept op tot het geven van rust en ruimte voor de politie als de transitie daadwerkelijk kan worden gestart. De monitoringscommissie zal doorlopend gevraagd en ongevraagd advies aan de korpschef en de minister uitbrengen. Berichtgeving hierover volgt bij ieder halfjaarbericht politie.