Frans Heeres: ‘Weinig organisaties zijn zo diep verankerd in de samenleving als de Nederlandse politie’
9 november 2020
Vertrouwen, aandacht en trots zijn essentiële stuwende begrippen voor de ontwikkeling van de toekomstbestendige gebiedsgebonden politiezorg, vindt Frans Heeres. Sinds zijn aantreden als portefeuillehouder, ruim anderhalf jaar geleden, zijn de initiatieven, onderzoeken en ontwikkelingen niet van de lucht. Om effectief contextgebonden te kunnen werken moet de agent in zijn kracht gezet worden, betoogt Heeres. ‘Dan komt de energie los die nodig is om de ontwikkeling, ook in tijden van druk en krapte, dynamiek te geven.’
“Het eerste wat we 1,5 jaar geleden gedaan hebben is een kapstok gemaakt waaraan we alle ontwikkelingen als het ware ophangen”, zegt Frans Heeres. “Die kapstok bestaat uit de trots van de collega’s: trots op hun vak, op de organisatie en aan ieders bijdrage aan de veiligheid, ook die van de burgers.” Met zichtbaar plezier vertelt hij over de ontwikkelingen. Hij haalt de eigen budgetruimte van de teamchefs en teams aan en de lokale ruimte om voor de teams ‘te doen wat nodig is in de context waarin ze opereren’. “De collega’s zien dat er na de periode van standaardisatie ruimte is voor differentiatie. Dat geeft energie en dan komen nieuwe initiatieven en ontwikkelingen vanzelf van de grond. Bottom-up. Heeres: “De komst van de digitale wijkagent is een veelbelovende ontwikkeling voor de komende jaren. We zijn ook gestart met gaming om het contact met de jeugd te leggen. Daar is internationaal veel interesse voor. Het digitale zakboekje komt eraan; dat werkt met van-spraak-naar-tekst technologie en zal tot een enorme administratieve lastenverlichting’ leiden. En eind oktober is de locatie-gebonden informatie-app live gegaan. Die is in de eerste week veertienduizend keer gedownload. Tijdens je werk krijg dan je afhankelijk van waar je op dat moment bent locatie-gerichte informatie aangeboden, zoals aandachtsvestigingen of arrestatiebevelen die open staan. Het vergemakkelijkt het leven van de collega’s in het gebiedsgebonden politiewerk.”
De digitaal wijkagent
Heeres benadrukt dat de ontwikkelingen die hij opsomt vanuit drie portefeuilles aangevlogen worden: vanuit intelligence, opsporing en de gebiedsgebonden politiezorg. “We doen niets zómaar”, zegt hij stellig. “Initiatieven ontstaan vanuit wat collega’s in de praktijk aangeven. Daarnaast werken we ‘evidence based’. Het cluster Wetenschap binnen de portefeuille GGP heeft bijvoorbeeld laten onderzoeken hoe de wijkagent signalen van ondermijning in de wijk kan laten renderen binnen opsporing en de samenwerking met andere partners. Binnenkort verschijnt het onderzoek over de digitale vaardigheden in de basisteams. En binnenkort komt het rapport over de digitaal wijkagent uit.” Er zijn inmiddels 21 digitaal wijkagenten actief. Heers: “Da’s ook lastig, want met het lokaal gezag willen we ook gewoon in de wijk zichtbare wijkagenten. Maar het rendement van de digitaal wijkagent is zo groot, dat we samen met steeds meer bestuurders concluderen dat het zinvol is om één van de fysieke wijkagenten in te zetten als digitaal wijkagent. Voor de contacten met de jeugd en om erachter te komen wat er echt speelt in de wijk. De digitaal wijkagent is inmiddels vast onderdeel in de briefing van teams. Dat zorgt voor enthousiaste reacties. De volgende stap is dat het digitale niveau van alle collega’s omhoog gaat. Digitale handigheid moet tot de basisvaardigheden behoren. Net zoals het kunnen uitschrijven van een bekeuring.”
Autonomie en vertrouwen
De digitalisering van het politiewerk is een van de grote uitdagingen voor de komende jaren, stelt Heeres, naast het nijpende capaciteitstekort in de basisteams en de komende toestroom van 17.000 studenten. “De pensionering van een grote groep agenten zorgt voor een verlies van ervaring. Daarentegen is de nieuwe generatie die instroomt digitaal zeer vaardig”, meent Heeres. Digitalisering zorgt in het algemeen ook voor een efficiencyslag. “We gaan de spraak-naar-tekst technologie in december uittesten. Als dat goed werkt, zouden we dat ook kunnen uitbreiden naar het uitwerken van telefoontaps. Ook het invoeren van de digitale handtekening bij het opmaken van een proces verbaal leidt tot verbetering. Daar moeten we samen met het CJIB in investeren.” Administratieve lastenverlichting is cruciaal nu de druk op de basisteams groot is. Hij noemt ook andere zaken die druk kunnen verlagen. “Moeten aangevers van woninginbraken altijd door rechercheurs worden teruggebeld, of kunnen ook anderen dat doen? Kunnen we arrestanten ook door anderen dan agenten vervoerd laten worden van A naar B? Daar moeten we naar kijken.” Maar steeds komt hij terug op de autonomie en vertrouwen als sleutel tot gebiedsgebonden werken. “In 33 van de 167 teams zijn we bezig met zelf-roosteren. Het gaat dan om doen wat er nodig is, aanwezig zijn als de situatie er om vraagt en het rooster daaraan aanpassen. Dát geeft de collega’s het gevoel van autonomie en vertrouwen, aandacht en trots. Het gevoel hebben dat je er toe doet en dat je zelf zaken kunt bepalen in tijden van capaciteitsgebrek, dat is essentieel.” Heeres is een warm pleitbezorger van het inzetten van mensen op hun talenten. Nadrukkelijk noemt hij ook het goed begeleiden en laten landen van de 17.000 nieuwe agenten. “Wat goed begint, loopt ook goed af, zeg ik altijd.”
Horizon: solidariteit, veiligheid en vertrouwen
Kijkend naar de toekomst stelt Heeres dat de wijkagent behoort tot een van de twee ‘sterke merken’ van de gebiedsgebonden politiezorg. De andere is de incidentafhandeling. “Als je belt dan zijn we 24-7 binnen vijftien minuten ter plekke in 90% van de gevallen. Het vraagt solidariteit van het hele korps om dat in stand te houden. Bij doorstroming uit de basisteams naar andere onderdelen vragen we agenten bijvoorbeeld om voor noodhulpdiensten in het basisteam beschikbaar te blijven. Het duurt nog wel een paar jaar voordat we de krapte hebben opgelost. Dat vraagt ook om keuzes landelijk en lokaal van het gezag, omdat het gevolgen kan hebben voor de taakvervulling op andere plekken.” Heeres gelooft sterk in de solidariteit en bereidheid in het korps. “Er zijn maar weinig organisaties die zo diep verankerd zijn in de samenleving als de Nederlandse politie. Dat mogen we niet loslaten”, vindt Heeres. “Zo blijven we ook betrouwbaar voor de burgers en dragen we niet alleen bij aan een veilige samenleving, maar ook aan het gevoel van veiligheid. Ook dat is belangrijk. We zouden daarvoor een vertrouwensindex moeten instellen. Je meet de veiligheid van een samenleving behalve aan criminaliteit ook af aan het gevoel van veiligheid dat burgers ervaren. Dat zie ik als een mooie stip op de horizon.”